Uitgangspunten vBRP

Om een verbreed rioleringsplan te kunnen maken zijn uitgangspunten nodig. Uitgangspunten voor de berekeningen, voor de toetsing van de berekeningen en voor het bepalen van kosten.

Alle berekeningen die in het kader van dit vBRP zijn uitgevoerd voldoen aan de voorschriften van de kennisbank riolering van Stichting RIONED. Dit betekent echter niet dat de uitkomsten van de berekeningen ook automatisch de werkelijkheid benaderen. Om de kwaliteit van de berekeningen zo hoog mogelijk te krijgen, en om de resterende onzekerheden goed in te kunnen schatten, zijn 5 stappen uitgevoerd. Door te klikken op de verschillende stappen vindt u een nadere toelichting per stap.

  1. Opbouwen rioleringsmodel uit beheerbestand gemeente
  2. Uitbreiden van rioleringsmodel met oppervlaktewater uit gegevens waterschap
  3. Toekennen oppervlaktetypen inclusief wrijving en infiltratie
  4. Aanvullen en aanpassen ontbrekende en onwaarschijnlijke waarden
  5. Controleren rekenbestand aan de hand van ervaringen en metingen
NB de scope van dit BRP is beperkt tot de kernen Remmerden, Rhenen en Achterberg. De kern Elst is recent reeds doorgerekend.
 

Nadat het model is opgebouwd kunnen er berekeningen worden gemaakt. De vraag is echter welke neerslaggebeurtenissen doorgerekend moeten worden en wanneer een berekende situatie een probleem voorstelt dat verbeterd zal moeten worden.
De gemeente Rhenen heeft hiervoor de volgende norm in het verbrede gemeentelijke rioleringsplan opgenomen:

In de praktijk is water op straat acceptabel mits de hoeveelheden beperkt zijn en het niet langer dan 30 minuten blijft staan. Deze situatie wordt gedefinieerd als “hinder”;

Forse hoeveelheden water op straat, ondergelopen tunnels, opdrijvende putdeksel, zijn maximaal één keer per jaar acceptabel, mits het niet langer aanhoudt dan twee uur. Deze situatie wordt gedefinieerd als “ernstige hinder”;

Wateroverlast met schade, langduriger en op grotere schaal water op straat, water in winkels en woningen met materiele schade en mogelijk ook ernstige belemmering van het (economische) verkeer, zijn “niet acceptabel”. Als niet aan deze eisen wordt voldaan dan bekijkt de gemeente of zij maatregelen kan nemen om risico’s te verminderen.

De gemeente Rhenen heeft besloten in voorbereiding op het nieuwe vGRP de norm voor wat acceptabel is aan te scherpen. In dit vBRP zijn de stelsels daarom doorgerekend met een standaard bui08 van de Kennisbank Riolering. Deze bui kent een theoretische herhalingstijd van eens per twee jaar. Uitgangspunt bij deze bui is geen water op straat. Mocht dit wel optreden, is per situatie beoordeeld of maatregelen gewenst zijn.

De kosten voor maatregelen zijn (globaal) berekend aan de hand van de kostenkengetallen uit de kennisbank riolering. Daar waar de kennisbank riolering geen uitsluitsel geeft is de bron voor de raming vermeld. Als er specifieke aspecten zoals de grondwaterstand een significante, voorspelbare, invloed hebben op de kosten zijn deze meegenomen. Te denken valt aan het verschil in grondwaterstand tussen Rhenen en Achterberg.